| Op
17 februari 1676 verklaart Querijn Henricx van de Snepscheut dat hij
een som van 50 gulden schuldig is aan Willem Peeter Daniels. Iets meer
dan 2 jaar later (op 24-2-1678) geeft Willem Peeter Daniels aan voldaan te
zijn met de ontvangst van het kapitaal en de rente. (Notaris Henrick
Leermakers (jr.), Oirschot, Inv. 139, Folio 60) |
| Op
6 juli 1676 (Inv. 201-220, Folio 4v)
verklaart Willem
Frans van de Snepscheut bij notaris
Jacob van Nahuys
in
Oirschot
dat
Quirijn Hendricks van de Snepscheut ca. 6 jaar geleden een derde gedeelte
van de erfenis van Heijltgen Hendricx van de Snepscheut heeft ontvangen |
| Op
6 augustus 1676 verklaart Querijn Henricx van de Snepscheut een som
van 50 gulden schuldig te zijn aan Jan Jacob Dirck Dielis.(Notaris
Henrick Leermakers (jr.), Oirschot
Inv. 140, Folio 34)
Op 2 februari 1682 verklaart Jan Jacob Dirck Dielis voldaan
te zijn met de ontvangst van het kapitaal en de rente. |
Op
24 februari 1678 verklaart
Quirijn Henricx van de Snepscheut schuldig een som van 100 gulden te
zijn aan Cornelis Eijmberts Snellaerts of diens moeder, waarvoor ten
behoeve van rentebetaling gedurende de tijd een hooiland in leen wordt
gegeven. (Notaris
Heribert van Audenhoven, Oirschot Inv. 145-150, Folio 102)
Net als de vorige akte is ook deze vervallen in 1682, namelijk
op 18 mei 1682. Blijkbaar had Quirijn in deze tijd meer financiële
middelen en kon hij zijn schulden aflossen |
| Op
dezelfde dag (24 februari 1678) sluit Quirijn
Henricx van de Snepscheut ook nog een akkoord met Henrick Martens van Roij,
inzake het vesten van een veldje, gelegen aan de Coppelstraete in
Verrenbest (Best). (Notaris
Heribert van Audenhoven, Oirschot Inv. 145-150, Folio 104) |
| Op
4 september 1679 wordt door
Jacobus van Nahuijs de
inventaris
opgemaakt van de goederen die zich bevonden in een
kist, aangetroffen in het huis van Jan van Diest en een kist aangetroffen
in het huis van Quirijn Henrick van de Snepscheut (Notaris
Johan Leermakers, Oirschot Inv. 231-235, Folio 135) |
| Jan
Quirinus
was pachter van de Snepscheutse klamptiende in Spoordonk (Attestatie
19-12-1692) |
| Quirinus
maakt op 4 februari 1697 zijn testament bij Notaris Jacob van Nahuys,
Oirschot
( Inv.
221-230, Folio 49) |
|
Laurentius Quirinus
van de Snepscheut
geboren
in Verrenbest, woonplaats Verrenbest, overleden in Best op 16 maart 1740
Is 2x gehuwd:
huwelijk 1
18-1-1693:
Maria Gerardus van de Heuvel
overleden: Best, 2-11-1702
|
|
|
Kinderen:
|
| 1.
|
Margareta van de Snepscheut
(Best 20-7-1693)(overleden Best 9-2-1728) (nog geen
verdere gegevens)
|
| 2.
|
Anna van de Snepscheut
Geboren: Best 23-12-1695
Huwt (Oirschot 23-9-1727) met Gijsbertus van Ginhoven
Op 6 juni 1744 maakt Anneken
Laurens van de Snepscheut, op dat moment al weduwe van Gijsbert van Ginhoven
bij Notaris Cornelis van Noort in Oirschot haar testament (Inv. 261-270,
Folio 210)
|
| 3.
|
Joannes van de Snepscheut
Geboren: Best, 25-8-1700, overleden Best 19-5-1727.
(nog geen
verdere gegevens)
|
|
|
Er wordt ook nog gesproken over een
--Maria en
--Helena (+1740)
|
huwelijk 2
Magdalena van Roij
overleden in Best 5 juni 1742
|
| 1.
|
Maria van de Snepscheut
Geboren: Best,
7-9-1707.
(nog geen
verdere gegevens)
|